Filosofie van de kunsten (esthetica)
Adorno’s goede en minder goede argumenten
Zoals Adorno het formuleert, zo is het inderdaad gesteld met de museale kunsten vandaag de dag: men weet niet goed meer welke grenzen er nog overschreden moeten worden. Maar is het wel zo noodzakelijk om alsmaar de kunsten te ‘revolutioneren’?
Deze vraag legt de vinger op een argument bij Adorno dat geen steek lijkt te houden. Het is één ding te zeggen dat we de werkelijkheid niet moeten willen “identificeren” met zgn. waarheden (zoals wetenschap en afbeelding dat doen), maar dat we haar moeten verbeelden. Dit is mijns inziens een briljante benadering van de kunst. Het argument dat hier bij hoort, dat de kunstenaar zijn werken steeds opnieuw op zijn materiaal moet bevechten, is al even belangrijk.
Het is evenwel iets anders om hieraan toe te voegen dat dit alleen kan met de in de maatschappij verst voortgeschreden middelen. Die maatschappelijke dynamiek heeft Adorno echter weer nodig vanuit zijn eigen ideologische positie.
Maar vraag je toch ook eens serieus af of iemand vandaag nog ‘in de stijl van Rembrandt (of Mondriaan)’ kan schilderen. En vooral: waaarom (wel of niet)?
You must be logged in to post a comment.