Papers
Naar vazen kijken, op gepaste afstand.
In kunstmusea treft men wel vaker gebruiksvoorwerpen en design aan. Het is wat provinciaal om te vragen of dat gepast is. Design staat er in een museum om als design bewonderd te worden, dat wil zeggen, als gebruiksvoorwerpen die speciaal mooi of alleen maar apart of typisch zijn, of die qua uiterlijk iets zeggen over de stijl van hun tijd—maar het zijn toch allereerst gebruiksvoorwerpen. Musea hebben ook een bewaaren een kennisfunctie en dus bewaren ze design. Kijkers begrijpen dat snel genoeg. Tentoongesteld design doet echter niet langer waar het voor gemaakt is: men drinkt geen thee meer uit de kopjes, draagt de kroontjes niet meer, zit niet meer op de stoelen, etc. Kunst wordt in een museum echter niet alleen maar bewaard en gedocumenteerd, maar wordt ook zodanig getoond dat het kan doen waar het voor gemaakt is: mensen aanspreken.
Marieke van Diemen plaatste oude vazen uit Duitsland op een aantal rekken, in een museum—is dat design, verschilt dit van een uitstalling in een warenhuis? Als verwarde bezoeker is men wellicht geneigd de titels en uitleg van het werk ter harte te nemen, maar wie kunst van belang acht mag met zo’n journalistieke benadering geen genoegen nemen. Men moet zich deze vragen serieus stellen.
“Naar vazen kijken, op gepaste afstand.” Rotterdam, Boymans van Beuningen, 22 september 2007.
» (1.5M)
You must be logged in to post a comment.